Pure Storage en DCC brengen het gesprek over duurzaamheid op gang
“We kunnen als sector niet om dit onderwerp heen”, waren de alleszeggende woorden van Ruud Alaerds, directeur van de Dutch Cloud Community (DCC). Hij zei het aan het begin van een event dat leverancier Pure Storage deze week samen met de DCC organiseerde. Het onderwerp dat hij bedoelde? Duurzaamheid. Mede dankzij een presentatie van ‘klimaatprofessor’ Jan Rotmans, werd het een zeer boeiend evenement.
Het event had als titel: ‘Als cloudbedrijf in transitie naar een duurzame IT-toekomst’. De aanwezige mensen, vooral afkomstig van MSP’s, waren het na afloop met elkaar eens. De presentatie van Jan Rotmans had ze aan het denken gezet. En dat was precies het doel van organisatoren Pure Storage en DCC. “Het is belangrijk dat we ideeën uitwisselen en met elkaar sparren over dit onderwerp”, zei Alaerds vooraf.
Pure Storage hecht heel veel waarde aan duurzaamheid en zet onder meer stevig in op het produceren van energiezuinige producten. Remco Donkers vertelde hoe het event tot stand kwam: “Een jaar geleden hielden we een lunchsessie over security. Het concept beviel ons heel goed. Dit keer moest het over duurzaamheid gaan, vonden we. En we wilden daarvoor niet één van de vele duurzaamheids-influencers laten spreken, maar iemand die vanuit jarenlang ervaring écht weet waar hij het over heeft.”
Chaos is goed
Die persoon werd Jan Rotmans, hoogleraar en wetenschapper op het gebied van klimaatverandering, duurzaamheid en transities. Hij werkte mee aan meer dan dertig boeken en driehonderd wetenschappelijke artikelen over die onderwerpen. Daarnaast is hij een veelgevraagd spreker en verschijnt hij regelmatig in de media.
“Ik geef steeds vaker presentaties in de IT-sector”, zei hij als aftrap. “Dat is een goed teken. Het laat zien dat de bewustwording in de sector groeit.” Dat is volgens hem ook nodig, want de CO2-voetafdruk van de totale IT-branche is nu even groot als die van de luchtvaart en de IT is ook verantwoordelijk voor 8 procent van het stroomverbruik.
Eerst schetste hij een algemeen beeld. Volgens Rotmans komen er momenteel allerlei ontwikkelingen samen. Van een verschuiving van de wereldorde, oorlogen en andere geopolitieke onrust tot en met de energietransitie en de klimaatverandering. “Dat zorgt voor chaos en dat is eng. Maar chaos kan ook goed zijn. Door chaos wordt het oude afgebroken en kan er iets nieuws ontstaan. We zitten middenin zowel een digitale als een duurzame revolutie.”
Dat Rotmans een voorstander is van chaos en daar ook goed mee om kan gaan, bleek tijdens zijn presentatie. Hij riep iedereen vooraf op om zich te mengen in het gesprek en dat heeft hij geweten. Het regende al vanaf het begin vragen, waardoor hij regelmatig zijweggetjes in moest slaan. Dat bracht hem totaal niet van zijn stuk, maar het leverde juist leuke discussies op.
Geen plan
Nederland loopt in de duurzame revolutie niet voorop, zo schetste hij. Integendeel zelfs. “Als het om de energietransitie gaat staan we 24-ste van de 27 EU-landen. In Nederland polderen we te veel. Dat heeft ons veel gebracht, maar het werkt ook vertragend. China leidt de revolutie. Dat land heeft echt een plan voor de lange termijn, Nederland absoluut niet. Bij de huidige kabinetsformatie gaat het helemaal niet over later. We dobberen een beetje richtingloos rond.”
Hij gaf tegelijkertijd ook een realistisch beeld van de obstakels. Een overgang op waterstof als energiedrager is zeer uitdagend, omdat het lastig in grote hoeveelheden is te produceren. En het maken van windmolens, zonnepanelen en elektrische auto’s vraagt om grondstoffen, waaronder kritieke metalen. Circulariteit is van groot belang. Hij noemde het Nederlandse bedrijf Solarge, dat werkt aan recyclebare zonnepanelen, als positief voorbeeld.
Transformeren in de IT
Toen kwam hij bij de IT-sector uit. “Is IT deel van het probleem of van de oplossing?”, zo stelde hij zichzelf en de aanwezigen de vraag. Hij noemde de CO2-uitstoot en het stroomverbruik van de sector en benadrukte hoeveel energie dataopslag en het mijnen van cryptovaluta vraagt. Hij noemde ook een aantal positieve punten, zoals het feit dat het energieverbruik in de IT-sector de afgelopen 10 jaar constant bleef, terwijl de sector in alle opzichten groeide. Ook gaf hij aan dat de IT een cruciale factor is bij de uitdagingen waar we voor staan. “Het is de motor van de verduurzaming. Data is bijvoorbeeld heel belangrijk als we slimmer om willen gaan met energie.”
In veel datacenters wordt gewerkt aan het optimaliseren van het energieverbruik en de CO2-voetafdruk. “De IT is heel sterk in optimaliseren. Dat is goed, maar daar zit altijd een grens aan. Transformeren is beter”, zei hij. Vervolgens riep hij iedereen op na te denken over manieren waarin de IT-sector echt een verschil kan maken. Daarbij moest het niet gaan om optimalisatie, maar om transformatie.
Uiteindelijk kwamen er, met wat hulp van Rotmans, een paar concrete ideeën. Er werd geopperd om meer kleinere datacenters te bouwen die niet achteraf in een weiland staan. “Decentraliseer het datacentrum en plaats het bijvoorbeeld in een flatgebouw”, zei een gast. “Zo heb je de restwarmte op een plek waar je het kunt gebruiken. En door het bij de mensen te brengen wordt het ook eerder geaccepteerd.”
Daarnaast zijn er stappen de maken qua circulariteit, zo werd vastgesteld. Net als zonnepanelen zijn servers en ander datacenter-materiaal vaak slecht recyclebaar. Er moet out-of-the-box worden gekeken naar andere materialen, zo vonden meerdere mensen.
Ook moet er misschien anders worden gedacht over data. “Niet altijd maar meer, meer, meer…”, zei iemand. “Er is heel veel data opgeslagen die helemaal niet meer nodig is.” Data moet eerder worden weggegooid, dus. “Een COO moet misschien een Chief Opruim Officer zijn”, grapte iemand. Rotmans: “Dat vraagt om een andere manier van denken, omdat het ingaat tegen het verdienmodel van veel IT-bedrijven. Maar waarom zou je altijd winst moeten nastreven?”
Leiders
Om dingen voor elkaar te krijgen zijn er leiders nodig, zo gaf Rotmans tot slot aan. “En die leiders zitten niet of nauwelijks in de Eerste en Tweede Kamer en ook niet in de boardrooms van grote bedrijven. Die zitten bij innovatieve ondernemers.” Hij riep mensen op tot het oprichten van een Gideonsbende: een kleine club mensen, zonder ingewikkelde structuren, die gezamenlijk iets wil veranderen. “Daarbij met je groot denken en klein doen. Dus zet een stip op de horizon en werk daar in kleine stappen naar toe. Daarnaast moet je je niet afzetten tegen de grote spelers, maar er iets naast zetten en dat aantrekkelijk maken.”
Tijdens de goed verzorgde lunch werd er vervolgens nog volop nagepraat over de presentatie. De deelnemers keerden daarna voldaan weer terug naar huis.