Floris Hulshoff Pol - 25 januari 2023

Meerderheid managers vinden hybride werkend personeel productiever

Meerderheid managers vinden hybride werkend personeel productiever image

Slechts een paar jaar geleden werd algemeen aangenomen dat werknemers op kantoor productiever waren. Maar nu zijn zes op de tien (63%) Europese zakelijke beslissers het erover eens dat de productiviteit hoger is voor werknemers die thuis werken, zo blijkt uit nieuw onderzoek van Okta onder meer dan 500 bedrijfsleiders in heel Europa. In Nederland ligt dit getal zelfs hoger: het onderzoek toont aan dat 97 procent van de Nederlandse bedrijven hun medewerkers productiever (68%) of even productief (29%) vinden wanneer zij in hybride vorm werken.

Uit het onderzoek blijkt dat meer dan vier op de tien (43%) Europese bedrijven verwachten dat hun werknemers fysiek aanwezig zijn, maar de flexibiliteit hebben om ook dagen te kiezen om op afstand te werken, waaruit blijkt dat hybride werken grotendeels de norm is geworden. In Nederland (88%) en Duitsland (90%) is dit voor veruit de meeste bedrijven het geval. Een op de tien (10%) Europese bedrijfsleiders staat onbeperkt werken op afstand toe en een kwart (25%) heeft een hybride model voor onbepaalde tijd ingevoerd.

Een derde (34%) van degenen die voor een model hebben gekozen waarbij alleen op locatie wordt gewerkt, gelooft niet dat werken op afstand productief is, terwijl twee vijfde (40%) geen plannen heeft om van werken op locatie af te stappen. Dit percentage ligt hoger in Frankrijk (55%) en Zweden (45%). Meer dan een kwart (27%) is echter van plan deze aanpak in de komende 12 maanden te herzien.

Het welzijn van de werknemers (42%) is de belangrijkste drijfveer in Europa voor een hybride werkmodel. Nederlandse bedrijven wijken echter af, en zien het aantrekken en behouden van talent als belangrijkste drijfveer voor een hybride model (37%).

"Werknemers voelen zich nu in staat om te werken waar dat voor hen het beste werkt, wat heeft geholpen de productiviteit te verhogen en bedrijfsleiders ervan te overtuigen dat het hybride werken straks niet meer weg te denken is", zegt Arno Nienhuis, Vice President NEMEA bij Okta. "Het is positief dat welzijn de grootste drijfveer hierachter is en dat het bieden van flexibiliteit grotendeels de norm is geworden. Maar te midden van wereldwijde economische zorgen, een gefragmenteerd regelgevingslandschap en toenemende cyberdreigingen, moeten organisaties er nu voor zorgen dat ze retentie en productiviteit blijven stimuleren, en risico's, kosten en efficiëntie blijven beheren, terwijl ze tegelijkertijd blijven innoveren. Daarvoor hebben ze oplossingen nodig waarmee ze zich snel kunnen aanpassen en hun veerkracht kunnen vergroten."

Nog geen kwart van Nederlandse bedrijven ziet cyberbeveiliging als topprioriteit

Een derde (32%) van de bedrijven in Europa zegt dat cyberbeveiliging hun grootste uitdaging is als het gaat om werken op afstand, en een vergelijkbaar aantal (34%) met een hybride model zegt dat het verbeteren van cyberbeveiliging hun topprioriteit is. Dit is niet het geval voor Nederlandse bedrijven, waar minder dan een kwart (23%) cybersecurity als grootste uitdaging ziet. Dit wijkt af van alle andere landen, waar dit een stuk vaker genoemd werd (VK: 46%, Frankrijk: 38% Duitsland: 31% en Zweden: 25%).

Bedrijven in Nederland zien goede samenwerking (35%), productiviteit van medewerkers (29%) en een positieve werkcultuur behouden (28%) als top drie uitdaging in het hybride werken.

SSO voorkeursloginmethode bij meer dan helft van Europese bedrijven

Bijna de helft (47%) van de bedrijven in Europa gebruikt nog steeds wachtwoorden om hun externe en hybride werknemers te beveiligen. Andere meest gebruikte beveiligingsmaatregelen zijn beveiligingsvragen (38%), hardware (34%) en beveiligingssleutels (32%), terwijl maatregelen als push-authenticators (23%) en biometrie (26%) als minder populair worden beschouwd.

Maar meer dan de helft van de Europese - en Nederlandse - bedrijven (54%) maakt toegang tot toepassingen mogelijk via Single Sign On (SSO). Bijna een derde (32%) van de bedrijven die geen toegang met SSO bieden, overweegt dit wel.

Vier op de vijf ondervraagden (81%) geloven ook dat het voor hun werknemers gemakkelijk is om op afstand toegang te krijgen tot kritieke applicaties en bestanden.

"Beveiliging blijft een topprioriteit voor bedrijven, maar velen vertrouwen nog steeds op wachtwoorden zonder betere alternatieven te overwegen, zoals passwordless logins", voegt Nienhuis toe. "Met een verspreid personeelsbestand waarin medewerkers zowel op locatie als op afstand werken, moeten organisaties ervoor zorgen dat medewerkers veilig toegang hebben tot bedrijfsinformatie. Oplossingen rond identity management kunnen fungeren als de fundamentele, strategische laag voor het bouwen van toekomstbestendige, schaalbare en veilige hybride werkplekken. Identity management maakt het eenvoudig om intelligente en adaptieve toegangscontroles voor elk type resource in te zetten en te beheren, zodat het personeel overal veilig kan werken."

Investeringen in cybersecurity, proximity bias en onroerend goed toegenomen

Omdat beveiliging een belangrijke uitdaging is, is vier vijfde (80%) van de bedrijfsleiders in Europa van plan de investeringen in beveiligings- en privacytools te verhogen, terwijl een vergelijkbaar aantal (81%) de investeringen op dit gebied de afgelopen drie jaar heeft verhoogd.

Meer dan de helft van de Europese bedrijven (55%) investeert in het voorkomen van proximity bias, de neiging om degenen die op kantoor werken een voorkeursbehandeling te geven boven degenen die op afstand werken. In Zweden geldt dit zelfs voor bijna driekwart (73%) van de bedrijven.

Andere geplande investeringsgebieden zijn:

? Videoconferenties (75%)

? Productiviteit en samenwerking (73%)

? Welzijn van werknemers (73%)

? Betrokkenheid van werknemers (69%)

Meer dan zes op de tien (62%) Europese leiders zeggen dat hun investeringen in onroerend goed na de pandemie zijn toegenomen, met name in Zweden (75%) en Nederland (72%). Bovendien verklaart bijna twee vijfde (37%) dat hun werkmodel hun huidige vastgoedstrategie aanzienlijk heeft beïnvloed, en meer dan de helft (55%) vindt dat dit een gedeeltelijke invloed heeft gehad.

Als het gaat om initiatieven op het gebied van milieu, maatschappij en governance (ESG), heeft bijna driekwart (72%) zijn investeringen aanzienlijk verhoogd in vergelijking met drie jaar geleden. In Nederland is dit ook het geval (74%). Slechts een kwart van alle ondervraagde bedrijfsleiders (25%) gaf aan dat hun ESG-investeringen gelijk zijn gebleven.

Bovendien zegt meer dan twee derde (65%) van de Nederlandse bedrijfsleiders het milieueffect van hun werkplekstrategie te monitoren. Een derde (32%) houdt het milieueffect van hun werkplekstrategie niet bij, maar overweegt dit wel te gaan doen.

In termen van deprioritering wordt interne communicatie beschouwd als het gebied waarop het meest wordt bezuinigd of waarin de investeringen worden gewijzigd.

"De meeste bedrijven hebben hun eigen op wetenschap gebaseerde doelstellingen vastgesteld, maar velen realiseren zich niet welke impact identiteit heeft op data vervuiling en ESG-doelstellingen," zegt Nienhuis. "Hybride werk leidt tot meer digitale interacties, die op hun beurt meer gegevens creëren die van invloed zijn op het energieverbruik. Het is belangrijk om ervoor te zorgen dat identiteit veilig en efficiënt is en geen negatieve invloed heeft op ons milieu. De voortdurende authenticatie verhoogt het energieverbruik en leidt tot frictie voor de gebruikers, dus oplossingen zoals Single Sign-On (SSO) kunnen helpen om de ervaring te optimaliseren en de impact te verminderen. Bovendien heeft hybride werk op zich al geleid tot de invoering van maatregelen die de uitstoot van bedrijven verminderen en het milieu helpen, zoals de vermindering van het aantal vierkante meters kantoorruimte en de vermindering van het woon-werkverkeer."

Methodologie

Dit onderzoek werd in opdracht van Okta uitgevoerd door Statista. Het werd uitgevoerd via een online platform tussen september en oktober 2022. De steekproef bestond uit bedrijfsleiders die het werkmodel en de digitale werkplek beïnvloeden, gevestigd in Frankrijk, Duitsland, Nederland, Zweden en het Verenigd Koninkrijk. De totale steekproefomvang bedroeg 524 respondenten.

Wil jij dagelijkse updates?

Schrijf je dan in voor onze nieuwsbrief!